Venetië – eind zestiende eeuw – bruist van de nieuwe muzikale ideeën.
De betoverende San Marco en alle wonderlijke muziek die daar klinkt, trekt befaamde en talentvolle musici aan.
Vanuit heel Europa komen ze: Adriaen Willaert experimenteert er met zijn cori spezzati, de dubbelkorigheid.
Cipriano de Rore, Zarlino en de gebroeders Gabrieli musiceren en onderwijzen.
Orlando di Lasso scherpt er zijn muzikale kunnen. Evenals de eerste grote Duitse barokcomponist, Heinrich Schütz.
En mogelijk heeft ook Jan Pieterszoon Sweelinck, de Orpheus van Amsterdam, er les gehad.
Met de komst van Claudio Monteverdi in 1613 bereikt de faam van Venetië haar onbetwiste hoogtepunt.
In dit jubileumconcert – hun derde lustrum! – presenteren de zangers en de instrumentalisten van Ensemble Hermes u zowel de rijke polyfonie als de sprankelende vroege barok.
Zaterdag 11 oktober 20.15 uur, Utrecht
Sint-Gertrudiskathedraal, Willemsplantsoen 2
Kaarten via contact@ensemblehermes.nl
Prijs: voorverkoop 18 euro, aan de deur 20 euro, stadspas 2,50
U hoort muziek van Monteverdi, Schütz, Sweelinck, De Rore, Gabrieli, Willaert, Orlando de Lassus.

Naast het zingen uit de oorsponkelijke handschriften en eerste drukken heeft Ensemble Hermes altijd een verbinding willen zoeken naar andere muzikale tijdsvlakken dan de 16de eeuwse polyfomnie.
Speciaal willen we daarbij onderzoeken hoe het zingen uit de mensuraal notatie en de muziekpraktijk die dat met zich mee brengt invloed heeft op de vroege barok.
Vaak lijkt het of er een waterscheiding zou bestaan tussen muziek uit de Renaissance en die van de barok.
Ons idee is het dat er veel meer sprake is van continuïteit en het lange tijd naast elkaar bestaan van muzikale ideeën.
Ook de vroege barokmuziek zingen we daarbij de oorspronkelijke bronnen en notatie.
Venetië is in de late 16de eeuw en de vroege 17de eeuw een broedplaats van nieuwe ideeën.
En de San Marco en de Maestri di cappella met alle musici die daar opereren zijn daarvan het middelpunt.
De liturgie vraagt voortdurend om nieuwe, levende muziek.
Vele getalenteerde en befaamde musici worden aangesteld om dat te verwezenlijken.
De aanwezigheid van al deze creativiteit en ervaring heeft tot gevolg dat van over heel Europa jonge musici naar Venetië trekken om er hun kunst en kunde aan te scherpen en te verdiepen.
De aanstelling van Willaert is het begin van deze bloeiperiode, die wordt doorgezet met Cipriano de Rore, Zarlino en de gebroeders Gabrieli.
Giovanni Gabrieli was daarvoor al leerling geweest van Orlando di Lasso.
Mogelijk heeft ook Sweelinck, de Orpheus van Amsterdam, les gehad van Zarlino. Zeker is in ieder geval dat wanneer Monteverdi in 1613 benoemd wordt tot kapelmeester de faam van Venetië nog verder stijgt. Tot tweemaal toe reist de eerste grote Duitse barokcomponist, Heinrich Schütz, naar hem toe om te studeren.
De aanwezigheid van twee gescheiden koortribunes in de San Marco bracht Willaert er toe om de zangers in twee ruimtelijk gescheiden groepen te laten musiceren.
De dubbelkorigheid, of liever de ‘cori spezzati’- praktijk was zo geboren en is daarna niet meer weg te denken uit de muziekpraktijk.

Tekst en beeld: ensemblehermes.nl