Edith Burgos, moeder van verdwenen Jonas Burgos op bezoek

Er moet een einde komen aan de moorden en verdwijningen!

Op 28 april 2007 namen twee mannen Jonas mee in een winkelcentrum in Manilla. De ontvoerders zeiden tegen de bewakingsagenten dat ze van de politie waren. Voor de zekerheid noteerden omstanders het nummerbord: tab 194. Jonas Burgos was 37 jaar toen hij verdween..; hij is slechts één van de honderden.

Voor Edith, de moeder van Jonas, begon de zoektocht naar haar verloren zoon. Ze ontdekte dat de wagen met dit nummerbord een jaar eerder in beslag was genomen door het leger. De nummerborden werden inderdaad teruggevonden in een legerkamp. De onderzoeksrechter die de verdwijning van Jonas onderzocht, werd onmiddellijk van de zaak gehaald toen hij zes legerofficieren wilde ondervragen…

Jonas Burgos gaf als landbouwkundige sinds 1998 opleidingen in organische landbouwtechnieken binnen de progressieve Filippijnse boerenvakbond. Hij is de zoon van Jose Burgos Jr., icoon van de persvrijheid en pionier van de alternatieve media tijdens de dictatuur van Marcos. Sinds de verdwijning van Jonas spaart zijn moeder Edita kosten noch moeite om hem te zoeken.

Jonas is nog altijd vermist. Hij is slechts één van de honderden mensenrechtenwerkers, vakbondsleiders en politieke activisten die verdwenen sinds presidente Arroyo aan de macht kwam in 2001. Zijn moeder Edith spreekt nu uit naam van alle familieleden van de vermisten die zich verenigd hebben in de organisatie Hustisya (Victims of Arroyo Regime United for Justice) om gezamenlijk de verdwijningen aan te klagen.

Elke dag worden journalisten, vakbondsleiders, arbeiders, boeren, mensenrechtenactivisten, advocaten, studenten… het slachtoffer van mensenrechtenschendingen. De afgelopen 8 jaar, sinds presidente Gloria Arroyo aan de macht kwam, telden mensenrechtenorganisaties 1013 politieke moorden en 202 verdwijningen om politieke redenen. Daarmee doet de huidige presidente het slechter dan haar voorgangers, waaronder ook dictator Marcos.

In veel van deze gevallen zijn er sterke indicaties van militaire betrokkenheid, zo beweren Filippijnse mensenrechtenorganisaties, internationale organisaties als Human Rights Watch en zelfs VN-Rapporteur voor buitengerechtelijke moorden Philip Alston. Ondanks deze rapporten, gaan de moorden en verdwijningen gewoon door.

Daarom moeten we ondermeer in Nederland met vakbonden, ngo’s en vele andere organisaties de handen in elkaar slaan om deze politieke moorden en verdwijningen aan te klagen.

Verdere informatie: http://www.nefiso.nl/