Kerken werken aan verbreding dooperkenning

Onderzoek door de Raad van Kerken in Nederland

De kerken in Nederland beginnen een onderzoek naar verbreding en verdieping van de wederzijdse erkenning van de doop tussen de kerken. Mensen die gedoopt zijn in de kerk van het ene kerkgenootschap hoeven dan niet meer opnieuw gedoopt te worden op het moment dat ze zich aansluiten bij een andere kerk. Verder willen de kerken de mensen die zichzelf of een kind laten dopen zich bewuster laten zijn van de keus die ze maken.

De Raad van Kerken in Nederland heeft deze week unaniem tot het onderzoek besloten tijdens de plenaire vergadering van de Raad in Utrecht. Een voorstel daartoe was ingediend door mgr. Jan van Burgsteden vanuit de Rooms-Katholieke Kerk. Er bestaan op dit moment officiële dooperkenningen tussen de Rooms-Kathlieke Kerk, de Protestantse Kerk in Nederland en de Remonstrantse Broederschap. De Raad verwacht dat ook andere kerken zullen overgaan tot het afsluiten van dergelijke afspraken. Het is ook de bedoeling om een gezamenlijk doopcertificaat uit te brengen.

De eerste doopovereenkomst tussen de kerken in ons land dateert uit 1968. De herdoop van prinses Irene was destijds aanleiding voor Nederlandse kerken om als eersten in Europa dergelijke afspraken te maken. In de tekst wordt uitgegaan van doop met water onder het uitspreken van de drie-enige Naam van God.

De Raad verwacht met het onderzoek naar de mogelijkheden voor wederzijdse dooperkenningen een stimulans te geven aan de doordenking van wat de doop eigenlijk is. De herontdekking van de geestelijke en spirituele waarde van de doop zal het oecumenisch engagement versterken en verrijken en dienen als inspiratiebron voor andere vormen van samenwerking. En het kan dienen om het missionair besef bij de kerkleden zelf te vergroten.

De Raad wil ook de dialoog tot stand brengen met kerken die geen lid zijn van de Raad. De verwachting is dat verschillende migrantenkerken, evangelicale en pentacostale kerken en diverse protestantse denominaties bereid zullen zijn het gesprek aan te gaan. Daarbij zullen allerlei gevoeligheden aan de orde komen, zoals het onderscheid tussen kinderdoop en volwassendoop, en een benadering vanuit een waterdoop en een Geestesdoop. De noodzakelijke gesprekken en consultaties zullen worden gehouden in 2009 en 2010.

In Duitsland is een soortgelijk initiatief geweest. Dat heeft geresulteerd in een bijeenkomst op 29 april 2007 in het Duitse Magdeburg. Elf kerken, waaronder enkele orthodoxe, besloten daar tot een gezamenlijke dooperkenning.

Het thema van de doop is voor veel kerken actueel. De synode van de Protestantse Kerk in Nederland heeft eerder uitgesproken een gedachtewisseling belangrijk te vinden over het onderwerp in verband met de aangehaalde banden met de pinksterkerken. En de Bond van Vrije Evangelische Gemeenten is al langer bezig met een interne discussie over het thema en zal er in de loop van dit jaar een boek over uitbrengen. Binnen de Raad van Kerken in Nederland zijn ook kerken vertegenwoordigd die geen sacramenten kennen zoals de doop met water.